Uitzendbureau met huisvesting

Wat is goede huisvesting?

Het vinden van goede, veilige huisvesting voor arbeidsmigranten is een grote uitdaging. In deze podcast aflevering gaan we in gesprek met Jan Willem van den Broek over wat goede huisvesting is en waarom dit zo belangrijk is. Luister of lees mee en ontdek hoe HOBIJ zorgt voor comfortabele woonruimtes die bijdragen aan het welzijn van flexkrachten. Hieronder vind je het volledige transcript.

 

Wat is goede huisvesting | Het transcript

Het is een bekend probleem in Nederland en daarbuiten: het grote tekort aan betaalbare woningen. Dit maakt het vinden van huisvesting voor tijdelijk personeel niet eenvoudiger. Toch is goede, veilige huisvesting van cruciaal belang. Zowel voor het werkgeluk van je flexkracht als voor jou, als organisatie. 

 

In deze aflevering spreken we met Jan Willem van den Broek – operationeel directeur bij HOBIJ – over het onderwerp huisvesting. Want wat is goede huisvesting nu eigenlijk? Aan welke eisen moet zo’n woonruimte voldoen? En waar ligt uiteindelijk de verantwoordelijkheid? 

 

Lars Sørensen: Jan Willem, bedankt dat je er bent. Huisvesting lijkt mij een van de meest pittige onderwerpen, is het niet? 

 

Jan Willem van den Broek: Absoluut. Huisvesting is een grote uitdaging in Nederland, maar ook voor onze doelgroep arbeidsmigranten. Wij werven heel specifiek voor een bepaalde baan, dat doen we in het buitenland. Het grootste deel van deze mensen heeft dan ook geen eigen huisvesting hier, die verzorgen wij voor hen. Huisvesting is in het hele traject – van werving en selectie – een integraal onderdeel. Dit is niet alleen ontzettend lastig, maar ook kostbaar. Toch zetten we alles op alles voor de flexkracht. Wij willen – nee, moeten – hun een fijne woonplek bieden. 

 

Lars: Dat klinkt inderdaad als een uitdaging. Onrust in de woonsituatie merk je natuurlijk op de werkvloer. Iemand die niet fijn woont, kan immers ook niet goed werken. 

 

Jan Willem: Precies. Aan de ene kant houden we huisvesting en werk formeel van elkaar gescheiden. We willen tenslotte niet dat die beïnvloeding doorloopt, daar willen we mensen tegen beschermen. Wanneer een baan ophoudt, zorgen we ervoor dat iemand bijvoorbeeld niet zomaar op straat komt te staan. Aan de andere kant staat het direct in contact. Iemand kan – zoals je al zei – niet goed werken, als hij of zij niet fijn woont. Dat proberen we dan toch bij elkaar te brengen. 

 

Femke van Grinsven: Even praktisch, waar moet een huisvestingslocatie volgens de wet aan voldoen? Welke eisen worden er bijvoorbeeld door de Stichting Normering Flexwonen – de SNF – gesteld? 

 

Jan Willem: De SNF stelt een eisenpakket op waar een huisvestingslocatie aan moet voldoen. Denk aan zaken als het aantal vierkante meters, de voorzieningen, de kookgelegenheid en natuurlijk de (brand)veiligheid. Deze praktische zaken zijn vastgelegd in een beleid en worden gecontroleerd door een externe partij. Vier keer per jaar hebben we officiële keuringen, en daarnaast voeren we meerdere keren per maand interne controles uit om ervoor te zorgen dat alles blijft zoals het moet zijn.

 

Lars: Hanteren jullie dezelfde richtlijnen als de SNF? 

 

Jan Willem: We houden ons natuurlijk aan de SNF-normering. Toch liggen onze kwaliteitseisen hoger. De SNF-normering is namelijk de ondergrens, de basis. Die is superbelangrijk, maar wij leggen de lat liever hoger. Als huisvesting klopt is dat een hygiënefactor, het is een reden voor arbeidsmigranten om ergens langer te blijven en langer te werken. Daar heeft iedereen profijt van. 

 

Femke: Hoe monitoren jullie dat? 

 

Jan Willem: Dat doen we op verschillende manieren. We meten het zowel op de huisvestingslocatie, als op het werk (daar hebben we het in een andere podcast over). We hebben bijvoorbeeld Welcome Officers, dit zijn coördinatoren die op locatie aanwezig zijn en zorgen voor praktische zaken. Zij zorgen ervoor dat alles op orde is, dat het schoon is. Zij dienen daarnaast als vast aanspreekpunt én zorgen voor een warm welkom op dag één. Met andere woorden: zij staan standby voor vragen of wanneer iemand ergens tegenaan loopt. 

 

Er is ook monitoring op de werkvloer, dat wordt gedaan door onze Job Coaches. Zij vragen regelmatig naar de situatie en houden vinger aan de pols. 

 

Lars: Dit gaat dan voornamelijk over huisvesting die jullie al in beheer hebben, maar het vinden van die huisvesting is ook lastig. De markt is druk, bijna paniekerig. Hoe komen jullie aan huisvesting? 

 

Jan Willem: Dat heeft onder andere te maken met onze jarenlange ervaring. We bestaan inmiddels bijna 30 jaar en die jaren hebben ons veel contacten opgeleverd. We hebben een groot netwerk met verhuurders, intermediairs en initiatiefnemers. Er zijn dan ook verschillende antwoorden mogelijk. Zo huren we direct bij verhuurders, bijvoorbeeld woningen in de wijk. Toch gaat onze voorkeur altijd uit naar grootschalige locaties via intermediairs of in eigen beheer. Daar kunnen we het onderhoud en het beheer voor onze eigen rekening nemen, zorgen dat er altijd iemand is, en alle faciliteiten bieden die onze doelgroep nodig heeft. 

 

Femke: In de wandelgangen heb ik ook iets gehoord over een project dat eraan zit te komen: de Amert. 

 

Lars: Ah, een primeur! 

 

Jan Willem: Dat klopt. Dat project loopt al een tijdje. Op korte termijn starten we met de bouw van 100 tiny houses op een stuk grond, hier in Veghel. Hier kunnen uiteindelijk zo’n 500 arbeidskrachten gehuisvest worden. Daar zijn we heel blij mee. Naast de grote behoefte aan woningen in aantallen, is de kwaliteit van huisvesting nog veel belangrijker. Daar zijn we trots op. 

 

We hebben dan ook bewust gekozen voor tiny houses, om zo die huiselijke sfeer te creëren. Met eigen voorzieningen, zoals een keuken, badkamer en toilet. En, niet geheel onbelangrijk, ook andere faciliteiten.

 

Lars: Zoals? 

 

Jan Willem: Sport bijvoorbeeld. Dit is een belangrijk element om jezelf prettig te voelen. Daarom zal er ook een sportschool op locatie te vinden zijn. Daarnaast komt er ook een mini supermarkt voor de belangrijke levensbehoeften. Niet iedereen werkt op hetzelfde moment; sommige mensen werken ook ‘s nachts. Zij kunnen daar dan altijd terecht voor hun basis boodschappen. Als je goed beheer hebt – en dat hebben we straks – kun je zulke dingen beter organiseren en faciliteren. Harde werkers verdienen tenslotte een fijne omgeving om te wonen. 

 

Lars: Je zet natuurlijk een hele groep mensen bij elkaar. Spelen jullie ook een rol in het stukje verbinding? 

 

Jan Willem: Het is belangrijk dat deze mini-gemeenschap goed verbonden blijft. Als mensen prettig wonen, blijven ze langer, en daar worden zowel wij als onze klanten blij van. Sociale begeleiding is daarbij essentieel. We voeren liever het gesprek dan dat we regels opleggen. Dat zorgt voor een andere mate van betrokkenheid en zorgt ervoor dat mensen zich welkom voelen. 

 

Lars: Klinkt goed, Jan Willem. We houden jullie LinkedIn-pagina in de gaten voor meer ontwikkelingen en updates rondom de Amert. 

 

Femke: Zodra die eerste schop de grond in gaat, zijn wij er als de kippen bij. 

 

 

Benieuwd naar de voordelen van een uitzendbureau met huisvesting voor arbeidsmigranten? Wij zetten ze hier voor je op een rijtje.

Blog

De laatste ontwikkelingen in de wereld van werk, direct in je inbox.

Blog overzicht
Onboarding flexkrachten

Hoe pak je de onboarding van buitenlandse flexkrachten aan?

Een succesvolle onboarding van buitenlandse flexkrachten. Hoe? Zo! Jan Willem - operationeel directeur bij HOBIJ - praat je bij in deze podcastaflevering. Lees of luister mee!

Lees meer Podcast
Prijs-kwaliteitsysteem

Transparantie in huurprijzen voor arbeidsmigranten dankzij prijs-kwaliteitsysteem

Vanaf 1 januari 2025 gaat de uitzendbranche een nieuwe standaard hanteren voor huisvestingskosten: het prijs-kwaliteitsysteem. Je leest er hier alles over.

Lees meer Wet- en regelgeving
HR trends 2025

HR-trends 2025 | wat verandert er voor bedrijven die flexwerkers en arbeidsmigranten inzetten?

In dit blog duiken we in de belangrijkste HR-trends voor 2025 die invloed hebben op de flexibele arbeidsmarkt en de inzet van internationaal personeel. Lees je mee?